Welcome To The Village 2022 – Zondag

WTTV zondag; the thrill is back!
 
Voor een man of 20 speelt Zaur Nagoy oorlogsliedjes. Respect voor de man met traditionele liederen uit de Kaukasus. Hij is onderdeel van een oude cultuur waarin geschiedenis nog mondeling via verhalen wordt doorgegeven. Hij staat alleen met een ouderwets snaarinstrument.
Dat is wel heel wat anders dan Laster doet, gehuld in bivakmutsen, maskers en zwarte kleding. Er is geen woord verstaanbaar door de noise, feedback, echo en screams. De afwisseling loopt lekker door als we een stukje mee pakken van vijf dansende jonge Roma meiden in gewone middelbare school kleding.  Pretty Loud is een energieke band uit Servië die pleiten voor de generatie te zijn zonder geweld. Op een flat screen zien we hun ook in een videoclip. Niks extravagants maar slechts strijdbaar : " If you lost someone you better be loud". 
 
Penelope Isles speelt melancholische muziek genoemd als fuzzy dreampop.  De zanger laat maar weinig van zijn gezicht zien maar zingt fraai. Hij ragt zo nu en dan als een dronkeman op zijn gitaar. Vocalen worden afgewisseld met de zangeres achter het orgel. Veel plezier hebben ze. Het thema ; "Deze is voor vaders die Sudoku spelen op het toilet " is geestig, de song zelf dromerig.
Zeven jonge meiden met kroeshaar staan onder toeziend oog van twee kerels netjes achter de mics te wachten tot al 't geluid in orde is. Star Feminine Band, met mooie rokken met traditionele prints en geluidjes om de enkels spelen ze onmiskenbaar traditionele Afrikaanse muziek. De dans van de voorste drie is afgestemd op het voetenwerk. Met alle zeven een mix en stemmen die aardig gelijk zijn krijgen ze menigeen aan het dansen. Buiten is 't beregezellig, mensen scharrelen rond in de volle zon. Vandaag heerst de lounge, zomervibes en Manu Chao klinkt uit de speakers. Er zijn opvallend veel jonge gezinnen, die ook de zalen induiken. 
 
In Boksem speelt Chartreuse met zowel een sterke zangeres (Harriet Wilson) als 'n goede zanger (Michael Hagstaff) wat melow muziek. Met aandacht spelen ze folk. Muziek zonder pretenties van zowel bescheiden als getalenteerde mensen.
In Grootegast speelt een DJ en een zangeres. Er is weinig interactie onderling tussen de leden van Jockstrap en met 't publiek evenmin. Alle muziek komt via knoppen. Het is wat rommelig maar heeft wel potentie iedereen aan 't dansen te krijgen. Vreemde geluidseffecten, dance en stugge beats doet het wat absurdistisch over komen. Daarbij danst ze vooral met zichzelf en de DJ doet geregeld een paar stappen naar achter zonder dat we de reden kennen. Visueel nogal een contrast met de visuals van de zangeres. 
 

De clown in de Harmonie moet dertig jaar terug een fanatiek lid zijn geweest van het animatie team van de camping. De man krijgt vele kinderen en nog meer ouders aan het limbodansen met een papieren vliegtuigje op 't voorhoofd, van elke deelnemer dan. Als hij zegt dat het vliegtuigje in de hangar vliegt, steekt iedereen zijn vliegtuigje in zijn eigen mond. ' t is erg knap en hilarisch. Vrolijkheid. Dat heet dan Euro Sport, onthoud dat.

 

The Golden Dregs, met frontman Benjamin Woods, is geheel in het wit gestoken. Ondanks de donkere lage stem van hem klinkt het geheel luchtig. Er zit een saxofoon bij, zeker niet de eerste die we treffen in een band. Het is een beetje dromerig en ook wel een beetje statisch. We hoppen even snel langs The Haunted Youth die een volle zaal psychedelische rock serveert, The Klittens serveert vlotte Fuzz om geestige ironische opmerkingen heen. Ook weer een jonge band met meiden.
Via Far Caspian, die pop-rock serveert waar je toch Ierse roots aan af hoort naar Sylvie Kreusch. De Vlaamse, gestoken in een ruim zittend pak boven sexy laarzen, heeft een trommelsectie die zorgt voor erg lekkere smoothe ritmes. Ze oogt in dans en manier van zingen een beetje als Kate Bush. Maar het zweverige gaat er gauw van af. Deze elektrische poprock met trommels en afrikaanse foefjes zit retestrak in elkaar. Prachtige composities en catchy refreintjes maken een pittige show. Het heeft een meerwaarde voor ons dat we bevrijd zijn van synths, feedback en galm, dit is meer in je face. Sylvie kan vocaal ook flink uithalen wat de energie ten goede komt. Pit zit zowel in haar dans en presentatie als in haar teksten ("Making love, I can't keep it quiet no more"). Ze maakt een leuke connectie met het publiek die toch voorzichtig aan los komt. We stellen dat er eindelijk een vet goede band rockt met erg goede songs.
 
De rock loopt lekker door als we naar Voetvolk kijken die alle tijd nemen muziek op te bouwen. Met een opening als een drummer die een tijdje enkel met de handen op 'n speaker trommelt vraag je je af wat dit eigenlijk is. Maar achteraf blijkt het enige minpunt bij het publiek te liggen; ze hadden in veel grotere getale moeten uitrukken. Als hij achter z'n drumstel klimt rockt het eigenlijk al. Met een bassist en een gitarist erbij heb je een band. De laatste twee nemen actief deel aan een heel erg vette dans act. Vier jongelui dansen op de ritmes in plaats van dat je naar een zanger luistert. In slow motion verkennen ze elkaar en het publiek. De langzaam opgebouwde muziek maakt van ieder van hen een extatisch orgaan en tezamen een zeer indrukwekkend collectief. Er ontstaat tussen twee een soort paringsdans waarvan de wetten van de zwaartekracht lijken te zijn opgeheven. Later krioelen op de gitaristen twee dansers.  Zo nu en dan wordt er wel wat door een microfoon gedaan, maar het zijn meer schreeuwen en klanken vanuit pure aanmoediging. Zuivere expressie is dit, met ook nog meer dansbare ritmes en een fantastische drive om te connecten met het publiek staat er aan het einde een hele menigte op het podium te dansen. Ook hier dansen de dansers de sterren van de hemel maar wel in relatie met die euforisch geraakte argeloze bezoeker die het niet meer uitmaakt op een podium te staan. Alles beweegt en elk gezicht straalt van oor te oor. Fenomenaal.
 
Een volle zaal neemt de tijd te wachten op My Baby. Drie muzikanten die al enige tijd aan de weg timmeren. Cato van Dijk op zang, haar broer op drums en Daniel de Vries op gitaar maken een soort muziek waarvan je kan zeggen dat ze een erg eigen geluid hebben. Cato wordt een steeds betere zangeres. Als je hun platen hoort hoor je invloeden uit de oude soul en rock, een beetje Chris Robinson van The Black Crows en oeroude blues uit de delta zoals bijvoorbeeld Junior Kimbrough. De repeterende korte akkoorden die constant doorlopen zorgen voor een spanning in de muziek die aldoor aanwezig is. Je voelt, dit is een lange aanloop naar een climax, maar de band blijft langdurig hangen vlak voor de climax. En dat maakt zeer energieke, opzwepende dans en trans blues die geen moment verveelt. De zaal geeft dan ook de meest lawaaierige reactie die we hebben gehoord. Met hun eigen energie en speelplezier weten ze van geen ophouden.
 
De zondag maakt de rommelige zaterdag helemaal goed. Je kon weer lekker doorstoten van de ene band naar de ander. Het weer en de sfeer waren fantastisch. Maar bovenal hebben we drie fantastische bands mogen zien en ervaren. Goede muziek ontroert, verbaast, maakt je los en vrij. Het is een eer onderdeel te mogen zijn van hoe een aantal losse individuen in een zaal een groep wordt wat gewoon compleet los gaat in de moshpit bij My Baby. Datzelfde geldt voor aanwezig te mogen zijn bij de interactieve dansact Voetvolk die op het podium met het publiek gaat dansen. En ook is het een verademing een keigoede band te ontdekken die de zaal beetje bij beetje betovert met een beetje mode, dans en vooral erg goede songs. Sylvie Kreusch heeft haar plek vooraan op het podium definitief veroverd.
 
© Marten Siegers