Down The Rabbit Hole 2016 – zaterdag

Een druilerige, wat futloze zaterdag op Down The Rabbit Hole

 

Zaterdagmiddag begint met een fikse regenbui die zich zo ongeveer over de gehele dag door zal trekken. Dresscode vandaag: biertje in de hand, poncho over het hoofd en de eerste tekenen van vermoeidheid. De sfeer is nog steeds gemoedelijk en los van wat gemopper laat niemand de regen zijn of haar dag verpesten.

My Baby

Als we bij My Baby staan, lijkt dag 2 een net zo fascinerende dag te worden als de vorige. De Nederlands-Nieuw Zeelandse band die de eigen sound omschrijft als ‘delta trance, louisiana dub en indie funk’ – een beetje van zo ongeveer alles dus – stond niet direct op onze planning, maar we zijn blij dat we hier tot stilstand zijn gekomen. Gitarist Daniel Johnston laat ons weten dat My Baby wat voodoo naar Down The Rabbit Hole brengt en of we klaar zijn om mee dat gat in te duiken. So far veelbelovend door het trillende didgeridoo geluid op de achtergrond en als de drums losgaan vormt er zich een hypnotiserende beat die inderdaad wel doet denken aan voodoo ceremonies – niet dat we die ooit echt gezien hebben. Dit hypnotiserende werkt prima als je er zonder na te denken in mee kunt gaan, ben je ook maar even afgeleid dan is het klaar en valt op dat alles wel erg op elkaar lijkt. Dezelfde hoge, hijgerige zang die dezelfde bezwerende, snelle drums doorbreekt met daarnaast dezelfde uptempo gitaarrifs.

RHODES

We keken erg uit naar de gevoelige singer-songwriter David Rhodes, oftwel kortweg RHODES. In 2015 maakte de jonge artiest indruk met zijn volwassen stemgeluid en zijn voorzichtige subtiele performance. Op deze natte zaterdag verwachten wij dan ook lekker te kunnen opdrogen bij de haardvuur muziek van RHODES. Op het podium verschijnt een verhipsterde versie van de zanger die wij vorig jaar tegenover ons hadden – het is duidelijk dat hij wat zelfverzekerder op de planken staat en het gewauwel van de voor de regen schuilende mensen stoort hem niet. De nummers zijn qua inhoud gevoelig, maar met het volume van de begeleidingsband verdwijnt er behoorlijk wat van de puurheid. ‘Raise Your Love’ raakt ons om die reden nauwelijks meer. Ook om ons heen blijven mensen afgeleid, en de sfeer is weinig intiem te noemen. Deze RHODES 2.0 doet het voor ons jammer genoeg niet – wij missen de wat schuchtere jongen die plaats heeft moeten maken voor deze arrogantere versie.

Charles Bradley

Als er iemand vandaag de zon kan laten schijnen, dan is dat volgens ons Charles Bradley wel met zijn diepe soulstem. Verwachtingsvol staan we dan ook klaar samen met een onverwacht jong publiek. De zanger draait natuurlijk al flink wat jaren mee dus wij hadden vooral de wat oudere bezoekers verwacht in plaats van deze gemiddelde mix. Met schreeuwende gitaren en funky koperblazers trapt Bradley af en wij beginnen al wat op te warmen. Toch is de uiteindelijke conclusie dat het wat bezieling mist. De vraag “who’s going to church?” komt in de buurt van bezieling, maar sluit niet helemaal aan bij het Nederlandse publiek. Na drie nummers zijn we afgeleid en van de warmte die begon op te borrelen is weinig nog over. Wederom een act die muzikaal gezien meer dan goed in elkaar zit, maar die het op deze dag niet helemaal over weet te brengen. Het blijft wat te vlak, te soft en we missen het vuur dat we wel verwacht hadden.

De Staat

Deze band gaat hard, zowel nationaal als internationaal boekt De Staat het ene succes na het andere en ook als het om hun live shows gaat is hard een veel gehoorde term. Is dit dan de band die ons weer wat energie geeft? De volgeladen tent buzzt in ieder geval opgelaten en we voelen dat iedereen er zin in heeft. Zodra de Nederlanders op het podium verschijnen barst er dan ook direct flink wat energie vanuit het publiek omhoog. Met de eerste noten van ‘Blues Is Dead’ is duidelijk dat deze energie vanaf nu van twee kanten stroomt. De dreigende ondertonen met de lekker snelle gitaarlijnen zijn een gouden combinatie en De Staat maakt van deze ingrediënten een perfect feestje dat soepel van het ene in het andere nummer doorloopt. De EHBO-ers staan al vanaf het begin van de show klaar en vrijwel iedereen weet waarom: het bekende ‘trucje’ tijdens ‘Witch Doctor’ waarin het publiek als een draaikolk om zanger Torre Florim heen wervelt. Niet meer verrassend, maar dat maakt op deze trage zaterdag geen hol uit. Wel verrassend is de afsluiting met happy hardcore cover ‘I’ll Be Your Only Friend’ waarmee de rockers een groot deel van de toeschouwers aan het hakken krijgt. 

Savages

We vinden het bijna gevaarlijk om weer aan te geven dat we hoge verwachtingen hebben van een act. So far valt het stiekem elke keer een beetje tegen dus wat voorzichtiger staan we klaar voor Savages. Om de spanning er maar meteen uit te halen; het viel alles behalve tegen! Volledig in het zwart – natuurlijk – komen de vrouwen het podium op. En ook al is het niet de eerste of de enige band die van dit all black uniform gebruik maakt, het heeft toch echt wel wat. De vier vrouwen hebben geen aankondiging nodig, instrumenten worden gepakt, het haar wordt nog even achterover geveegd en dan trappen ze af met ‘I Am Here’ waarmee direct alles gezegd is. Frontvrouw Jenny Beth heeft met haar colbertjasje – met alleen een bh eronder – en achterover gekamd haar een chique, stoere uitstraling. Niet alleen Beth, maar ook de overige drie zijn intimiderend en licht beangstigend; hun looks perfect afgestemd op de zelfde dreigende en theatrale muziek. In de set wordt het harde werk afgewisseld met de wat softere nummers – alles perfect in balans. Bij Savages luister je niet puur naar muziek, maar naar een verhaal; zangeres Jenny Beth is een verteller bovenalles, en wat voor een. Onze zaterdag begint weer ergens op te lijken!

Glen Hansard

Bij Glen Hansard is de setting heel anders: klein orkestje op het podium en alles lekker gemoedelijk en toegankelijk. De Ier babbelt met het publiek, brengt zijn licht melancholische folk met verve en we genieten van de strijkers voorin. Een flashback naar het biergooi-momentje bij John Coffey vorig jaar als Hansard hier een opmerking over maakt en vervolgens niets vangt, maar wel zijn lieftallige orkestje bijna de volle laag krijgt. Nogmaals, gemoedelijk en toegankelijk. Zijn nummers zijn snel mee te zingen, ook als je ze nog niet kent, en meezingen kan sowieso bij de verschillende covers die hij speelt, zoals ‘Astral Weeks’ van Van Morrison. De fikse regenbui die losbarst is jammer, maar past ergens ook wel bij de melancholische feelgood folk van Hansard die gewoon heel relaxed zijn ding doet met af en toe een maf dansje erbij. Toch is een show van anderhalf uur wel erg lang voor deze artiest, zeker als je niet relaxed in het gras kan liggen genieten.

The National

Veel die-hard fans staan al geruime tijd klaar voor The National en ook wij kijken er reikhalzend naar uit. De Amerikanen draaien al geruime tijd mee in de muziekwereld dus geen wonder dat het publiek op Down The Rabbit Hole een mix is van jong en oud. Zanger Matt Berninger staat erom bekend podiumangst te hebben en voorafgaand aan een show zichzelf wat te kalmeren met drank, soms net iets te veel om nog een soepele show neer te zetten. Als de bandleden onder de tonen van ‘Please Please Please Let Me Get What I Want’ van The Smiths opkomen, zijn wij benieuwd hoe de frontman er aan toe is. The National doet een poging een nieuw nummer in te zetten, maar dit faalt en wordt afgekapt. Een rommelige opening die wij niet verwacht hadden bij een gesettelde band als deze. Tijdens ‘Don’t Swallow the Cap’ duurt het even voordat we het nummer herkennen in een net wat anders klinkende versie dan we gewend zijn en als ‘Sea of Love’ eventjes onderweg is, lijkt Berningers stem niet helemaal vast te zijn. Hoewel het optreden langzaam aan strakker en intenser wordt, is het over all erg rommelig en ergens zijn we teleurgesteld. Het risico van hoge verwachtingen laten we maar zeggen.

Over het algemeen was de tweede dag van Down The Rabbit Hole voor ons wat traag en soft. Met uitschieters als De Staat kwam het weer wat tot leven, maar ons energielevel en concentratievermogen bleef ongekend laag voor een festival. Persoonlijke favoriet is duidelijk Savages, daar hoeven we niet verder over na te denken. Daarbij is onze theorie dat op zo’n vieze regenachtige dag elke band net wat meer z’n best moet doen om te overtuigen, gewoon omdat het publiek al minder enthousiast de show ingaat. Niet helemaal eerlijk tegenover de artiesten, maar zo werkt het wellicht wel. Wij doen in ieder geval een zonnedansje en zorgen op zondag voor voldoende koffie zodat we met frisse energie er nog een dagje tegenaan kunnen.

© Céline Claassens | All Rights Reserved

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *